|
1
De eerste mensen in de hof van Eden die zijn zo blij, gelukkig en tevreden. Er is geen angst, geen nood, of pijn omdat zij God gehoorzaam zijn.
| 2
Toen is de zonde in hun hart gekomen; ze hebben de verboden vrucht genomen. Ze kruipen weg, wat zijn ze bang! Komt dat nu door die sluwe slang?
| 3
Maar Christus zal de duivel overwinnen, het volk van God zal in de hemel zingen. Daar is geen angst, geen nood of pijn, daar zal weer altijd blijdschap zijn. |
|
|