1
O Heer' die onze Vader zijt, vergeef ons onze schuld. Wijs ons de weg der zaligheid, en laat ons hart, door U geleid, met liefde zijn vervuld.
2
Geef dat Uw roepstem wordt gehoord, als eenmaal bij de zee. Geef dat ook wij Uw nodend woord, vertrouwen, volgen ongestoord, op weg gaan met U mee.
3
Leg Heer', Uw stille dauw van rust, op onze duisternis. Neem van ons hart de vrees, de lust, en maak ons innerlijk bewust, hoe schoon Uw vrede is.
4
Dat ons geen drift en pijn verblindt, geen hartstocht ons verwart. Maak Gij ons rein en welgezind, en spreek tot ons in vuur en wind, o stille stem in ’t hart.